Home Betalend Brieven uit het ziekenhuis: de grootsheid van de ‘kleine goedheid’

Brieven uit het ziekenhuis: de grootsheid van de ‘kleine goedheid’

0
Brieven uit het ziekenhuis: de grootsheid van de ‘kleine goedheid’

April 2020: covid-19 houdt lelijk huis, de ziekenhuizen staan onder hoogspanning. Hoofdpastor Martijn Steegen van de UZ Leuven maakt zich grote zorgen. Alle kaders van pastorale zorg en nabijheid springen uit elkaar. Er is geen beschermingsmateriaal, zijn team wordt niet toegelaten bij stervende patiënten. De draconische veiligheidsmaatregelen maken het voor de getroffen families vrijwel onmogelijk om afscheid te nemen. Hoe ga je daarmee om? Wat kun je dan nog doen? In die periode leest Martijn het boek van Roger Burggraeve over de kleine goedheid. Hij schrijft hem een brief en daaruit ontspringt een openhartige en ontroerende correspondentie. Centraal staat het begrip van de ‘kleine goedheid’, een term van de Russische schrijver Vasili Grossman en later door de beroemde joodse filosoof Emmanuel Levinas uitgewerkt. MagaZijn kreeg toestemming om de briefwisseling te publiceren.

7 mei 2020

Beste Roger,

Vooreerst van harte proficiat met de publicatie van uw nieuwe boek ‘Geen toekomst zonder kleine goedheid’. U omschrijft het als uw geestelijk testament: een kostbaar boek! Ik wil u even laten weten waarom het nu al kostbaar is voor mij.

Ik heb deze ochtend het laatste hoofdstuk gelezen over de kleine goedheid. De andere negen hoofdstukken moet ik nog lezen. Niet heel netjes, wellicht leest dit hoofdstuk als climax voor het hele boek. Maar ik was op zoek naar bemoediging en ondersteuning voor wat we hier in het ziekenhuis de laatste weken hebben doorgemaakt. Tijdens de voorbije periode heb ik vaak nagedacht over die kleine goedheid. Dat filosofisch begrip is een (verre) echo uit mijn opleiding en werd weer onder de aandacht gebracht door psychiater Dirk De Wachter. Maar in mijn job als ziekenhuispastor is het een dagelijkse realiteit.

Tijdens de voorbije weken waren we als pastorale dienst nauw betrokken bij de begeleiding van families van stervende covid-19-patiënten. Dat heeft mij als diensthoofd heel wat inspanning gekost. We zijn een kleine dienst (8VTE) die moet opboksen tegen de alomtegenwoordigheid van de psychologen. We waren niet aanwezig op een manier die we onszelf toewensten. Al heel snel bleek dat er een hopeloos gebrek aan beschermend materiaal was. Daardoor konden we nooit bij de patiënt op de kamer om een ziekenzegen of –zalving toe te dienen.

HEEL Vaak WORDT ONZE AANWEZIGHEID OPGEMERKT DANKZIJ DE KLEINE DETAILS – SCHIJNBAAR ONGEORGANISEERD EN TOEVALLIG BEDACHT – DIE WE AANBRENGEN IN DE GROTE UZ LEUVEN-STRUCTUREN.

Toch ontvangen we deze dagen – nu de covid-19-eenheden aan ijltempo weer worden afgebouwd – veel dankbare reacties van alle geledingen in het ziekenhuis – van de CEO tot de medewerkers in het mortuarium. Heel vaak, en ook nu, wordt onze aanwezigheid opgemerkt dankzij de kleine details – schijnbaar ongeorganiseerd en toevallig bedacht – die we aanbrengen in de grote UZ Leuven-structuren. Nu er zo’n gebrek aan verbondenheid en nabijheid wordt gevoeld bij het afscheid nemen van de stervende, zorgen we bijvoorbeeld voor armbandjes die worden omgedaan bij de stervende patiënt en bij elk familielid dat dit wenst om verbondenheid te ervaren. We zorgen voor witte rozen en kleine kruisjes die verpleegkundigen kunnen neerleggen bij de overleden patiënt. Er is het ritueel op afstand waarbij we de wakende familie een kaars meegeven om ook thuis verder te waken. Al deze onnoemelijk kleine details brengen wat warmte in ontmenselijkende procedures. Het voelt bijna aan als stil verzet tegen de noodzakelijke maar zo kille veiligheidsmaatregelen. Ik schreef enkele weken geleden een opiniestuk, samen met Anne Vandenhoeck, over deze realiteit.

Ik kon tijdens het lezen van het hoofdstuk over de kleine goedheid niet anders dan denken dat dit behoort tot het DNA van wat goede spirituele zorgverlening is. Een goede definitie van wat goede spirituele zorgverlening is, vond ik bij Maaike De Haardt. Zij omschrijft spirituele zorgverlening als een ‘tender competence’: “Het gaat om een spirituele competentie in de context van de ervaringen van goddelijke presentie. De term is uitdrukking voor de zorg en aandacht voor de basiscondities van alle leven. Het is de uitdrukking van het weet hebben van kwetsbaarheid, onbeheersbaarheid en de complexiteit van het leven. Dit weten leidt tot empathie, tot openheid voor de behoeften van de ander en het andere. Ik spreek hier over een spirituele competentie omdat ik spiritualiteit […] opvat als response-ability, als het vermogen je te laten raken en vanuit die aanraking te reageren en verantwoordelijk te zijn.”

Als kleine dienst hebben we niet de slagkracht om spirituele zorgverlening – breder dan enkel de spiritueel zorgverlener; elke zorgverlener zou ook spiritueel zorgverlener moeten zijn – hoog op de beleidsagenda te zetten in dit grote ziekenhuis. We slagen er wel in om met die ogenschijnlijk kleine details aandacht te vragen voor medemenselijkheid en empathie in deze grote structuur, in het bijzonder wanneer mensen door de mazen van het net dreigen te vallen. Ik begrijp ook dat ‘de kleine goedheid’ zich niet laat ‘structureren’. Het concept bemoedigt me wel om te blijven inzetten op die ‘kleine details’, ook al lijken we soms een evenementenbureau of knutselclub… De ervaring leert dat je door enkel te spreken over het belang van goede spirituele zorgverlening niet op beleidsagenda’s verschijnt.

Kan je als spiritueel zorgverlener een intuïtie ontwikkelen voor die kleine goedheid op de werkvloer?

Deelt u mijn mening dat spirituele zorgverlening en ‘de kleine goedheid’ heel wat met elkaar delen? Kan je als spiritueel zorgverlener een intuïtie ontwikkelen voor die kleine goedheid op de werkvloer? Veeleer dan dat spirituele zorgverlening een extra zorgtaak is, duid ik het hier in het ziekenhuis als een grondhouding van medemenselijkheid. Zo kan je ook spirituele zorg verlenen bij het spoelen van een katheder. Misschien gaat het niet eens over concreet het goede doen, maar over ruimte creëren opdat het goede kan gebeuren? Ik heb vaak het gevoel dat ik als pastor in de eerste plaats vooral ruimte creëer opdat mensen zichzelf en elkaar opnieuw zouden vinden…

Dit allemaal gewoon om aan te geven dat ik het tiende hoofdstuk van uw boek alvast erg herkenbaar en bemoedigend vond bij de reflectie over mijn bezigheden tijdens de voorbije weken als pastor. Ik kijk uit naar uw antwoord.

Met veel groeten,

Martijn

Beste Martijn,

Dank voor je mail, die me ontroert, dankbaar maakt en ook verbonden. Jij drukt veel beter uit dan ik dat filosofisch vanuit Grossman en Levinas doe, wat die kleine goedheid is. Ze is Gods Geest in ons neergelegd. Ze bezielt ons om in moeilijke en zelfs onmogelijke situaties de ander, in het bijzonder de stervende, nabij te zijn. De kleine goedheid behoort niet tot, maar IS het DNA van de spirituele zorg. Zoals je gelezen hebt in het laatste hoofdstuk van het boek, is voor Levinas de kleine goedheid de Oneindige in de eindige. Voor mij is dat de Geest die in ons – ons lijf dat uitbreekt tot in onze geest – werkt, zoals in Romeinen 5,5 staat over de liefde die in ons hart is uitgestort door de Geest!

De kleine goedheid behoort niet tot, maar ‘IS’ het DNA van de spirituele zorg.

De kleine goedheid is de ‘éclat de notre âme’, uitbraak van onze ‘ziel’ tot in onze handen, tot in kleine gebaren en tekens… ook en vooral als er niets anders meer mogelijk is. Levinas stelt letterlijk dat ‘la petite bonté‘ de Rakhamim van de Bijbel is: Gods barmhartigheid als ‘utérinité’ – ‘baarmoederlijkheid’, het dragen van het andere in zich tot het geboren wordt…

Het ontroert me dat jij me jouw en jullie getuigenis geschreven hebt.

Wil ook mijn groeten en dank overbrengen aan jullie hele team!

Roger

8 mei 2020

Beste Martijn,

Ik heb zojuist, als meditatiemoment in de ochtend, jullie Opinie in De Morgen van 20 april ll. gelezen. Jullie bijdrage geeft uitdrukking aan wat Levinas de nieuwe categorische imperatief en het criterium voor humane beschaving noemt, namelijk de Mitzah, het gebod: ‘een stervende niet alleen te laten in het aanschijn van het onverbiddelijke.’

Ik schrijf daar zelf ook over in mijn boek in hoofdstuk 6, paragraaf 6, ‘U zult geen mens alleen laten sterven’. Lees maar na op p. 156-159.

Groeten, ook aan je team (o.m. Elisabeth Kruyfthooft) en aan Anne Vandenhoeck,

Roger

Beste Roger,

Hartelijk dank voor beide e-mails. Ze doen me veel deugd én bemoedigen me. Ik ben blij dat u ‘la petite bonté’ aanduidt als hét dna van de spirituele zorgverlening. Dat is voor mij een bevestiging om dit verder te integreren in onze beleidsvisie van de dienst en er ook aandacht voor te vragen in de verschillende werkgroepen waaraan we participeren.

De hele zorgethiek met zijn bijzondere aandacht voor relationaliteit ging hier van de ene dag op de andere op de schop.

Sterk ook die verwijzing naar Levinas’ nieuwe categorische imperatief. Ik, maar met mij heel wat andere zorgverleners, vond het bijzonder angstwekkend hoe snel en haast als vanzelfsprekend het beleid de veiligheidsmaatregelen boven de medemenselijkheid stelde. De hele zorgethiek met zijn bijzondere aandacht voor relationaliteit ging hier van de ene dag op de andere op de schop. Gelukkig was er ook meteen veel (stil) verzet van artsen, verpleegkundigen, … Mensen mochten daardoor toch blijven waken bij hun stervende geliefde op de niet-covid-eenheden, en meerdere mensen mochten toch afscheid komen nemen. We ontwierpen een nieuw rouwkaartje voor de familie waarin de ontreddering van de zorgverlener benoemd werd.

Mocht u de tijd vinden om die link tussen de kleine goedheid en spirituele zorgverlening zelf verder filosofisch uit te werken, zou dat ook een geweldig cadeau zijn aan elke pastor 😉

Met veel dankbare groeten!

Martijn

Beste Martijn,

Héél hartelijk dank.

Heel goed idee om de ‘kleine goedheid’ in jullie beleidsvisie te integreren.

Mag ik suggereren dat jullie – vanuit het boek (bijzonder het laatste hoofdstuk, maar met ‘resonantie’ vanuit Hoofdstukken 4 en 6) – kijken hoe je het kunt opnemen en verwoorden in jullie beleidsvisie? Dan ben ik graag bereid om daarop in te haken met ‘suggesties’.

In Italië zijn méér dan 150 priesters gestorven, onder meer als gevolg van hun bijstand aan stervenden.

In wat je schrijft (in je huidige mail, maar ook in de vorige) herken ik heel sterk mijn ‘ambetant’ gevoel bij de berichten die meldden hoe men uit veiligheidsoverwegingen mensen alleen liet sterven, zonder daar veel vragen bij te stellen. In Italië zijn méér dan 150 priesters gestorven, onder meer als gevolg van hun bijstand aan stervenden (onder andere met ziekenzalving), zonder strikte veiligheidsmaatregelen toe te passen. Dit houdt het appel in om niet alleen veiligheidsmaatregelen te hanteren maar mensen vooral niet alleen te laten: wat jullie prachtig doen! Ik hoorde ook zo’n verhaal uit Kortrijk, van een pastoraal werkende in één van de hospitalen.

Heel dankbaar,

Roger


Coverfoto ‘L’homme du troisième jour’ © Caroline Chariot-Dayez
Lees het interview met Caroline Chariot-Dayez.

Lees ook het interview met Martijn Steegen.
Lees hier het interview met Roger Burggraeve.

Reageer en win een boek!

Deel jouw gedachten over de kleine goedheid: post een reactie onderaan dit artikel! Zo maak je kans op één van deze beide boeken. Je krijgt een mailtje als je bij de gelukkige winnaars bent:

Roger Burggraeve, Geen toekomst zonder kleine goedheid. Naar genereus samenleven in verantwoordelijkheid vanuit Emmanuel LevinasHalewijn, Antwerpen, 2020.

Lees hier een recensie over het jongste boek van Roger Burggraeve in Nieuw Wij! 

 

 

 

 

Manu Keirse en Leo Fijen, Het wonder van de kleine goedheid in tijden van eenzaam sterven en beperkt afscheid, Halewijn, Antwerpen, 2020.

Dit is een boek voor allen die hun naaste hebben verloren in de coronacrisis en nog zoveel vragen en pijn hebben, maar ook voor allen die hun naaste op een ander moment moesten loslaten. Want sterven in eenzaamheid gebeurt niet alleen in de coronacrisis maar is een verdriet van alle tijden.

Manu Keirse is voor Vlaanderen en Nederland een veelgelezen auteur van boeken over rouw, verdriet, afscheid en sterven. Leo Fijen publiceerde ook vaak over deze thema’s.

 

 

Boeiend artikel? Help ons zin te geven en te delen:

Dank je wel!

Heb ook jij een hoopvol en zingevend verhaal? Stuur het ons via info@magazijn.community!
Wie weet, kom ook jij in het MagaZijn van de zin!

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here