De toekomst (over)leven?

0
587

Op 7 oktober kopte De Standaard: Jeugd leeft in angst door terreur en opwarming aarde. Socioloog Mark Elchardus voerde tweeduizend gesprekken met jongvolwassenen tussen 25 en 35 jaar. Hun maatschappij- en toekomstbeeld is weinig opbeurend. Ze kijken gitzwart naar de toekomst, ook als ze het zelf goed doen in het leven.

Elchardus schrijft: De Belgische jongeren liggen vast aan de ketenen van de angst. Ze willen de toekomst wel aanpakken. Dat vuur brandt, maar ze geloven niet meer in collectieve oplossingen, in de politiek. Het woord ‘jongeren’ is hier misschien wat verwarrend: de groep die aan het woord komt in deze studie zijn geen tieners, maar twintigers en dertigers. Het is een groep waartoe ik niet alleen zelf behoor, maar die ik ook goed ken vanuit mijn professionele activiteiten als vormingswerker en docent.

Ik heb zelf het plezier gehad vorig schooljaar les te mogen geven rond zingeving in het hoger onderwijs. Meer dan 300 studenten heb ik mogen uitdagen om stil te staan bij de manier waarop zij hun leven leven, bij de dingen waarvan zij dromen en waarmee zij worstelen. Ik was onder de indruk van hun diepgang, idealisme en hun bereidheid om zich kwetsbaar op te stellen.

Tegelijk was ik ook geraakt door wat ze allemaal op hun schouders meedragen: stress van het presteren, angsten over de toekomst, de moeizaamheid om hun zorgen te delen met elkaar en de (innerlijke) eenzaamheid die hieruit voortvloeit. Moeilijke thema’s werden niet uit de weg gegaan. Maatschappij en individu werden kritisch onder de loep genomen.

Dit waren jonge mensen met drive, idealen en verantwoordelijkheidszin. Jonge mensen met zin om aan het werk te gaan, maar tegelijk met weerstand tegen een economie die soms alleen lijkt te draaien om winst en consumptie. Jonge mensen met zin om deel te nemen aan de maatschappij, maar die niet altijd in de pas willen lopen. Jonge mensen met zin om volwassen te worden, maar bang zijn om in een hokje terecht te komen.

Kortom: jonge mensen met zin in de toekomst, maar met een diep gevoel van onmacht over die toekomst. Als we de studie van Elchardus goed lezen, blijkt dit meteen de oorzaak voor de gitzwarte blik op de toekomst die bij hen leeft.

De thema’s waarover jonge mensen zo pessimistisch zijn, zijn stuk voor stuk uitdagingen die een collectief antwoord vragen, veel meer dan een individueel antwoord.

Eén van de vragen die ik vaak aan studenten stelde, luidde: Wat zou jij zelf aan de wereld willen bijdragen? Nu ik hierop terugkijk, besef ik dat ik met deze vraag misschien teveel op het individuele niveau bleef. Jonge mensen leven vandaag in een sterk geatomiseerde wereld van vakjes en versplintering. Er wordt ons verteld dat we onszelf moeten ontplooien en bewijzen, dat we ons moeten concentreren op onze individuele verdiensten en op de eigen vier muren.

Maar kunnen wij als individu de wereld wel veranderen? De thema’s waarover jonge mensen zo pessimistisch zijn, zijn stuk voor stuk uitdagingen die een collectief antwoord vragen, veel meer dan een individueel antwoord. Misschien had ik mijn studenten dus nog andere vragen moeten stellen. Vragen als: Wat wil je samen met je collega’s, buren, vrienden, gemeenschap,… bereiken in de wereld? Welke rol wil jij opnemen in een gedeeld toekomstbeeld voor onze maatschappij en wereld? En misschien ook: Wie of wat kan jou helpen te blijven geloven in de toekomst wanneer het gevoel van onmacht zo verpletterend is?

Aan jonge mensen zou ik daarom vandaag zeggen: Jullie hebben gelijk, de toekomt ziet er op dit moment niet rooskleurig uit. En van politici moeten jullie op dit moment weinig verwachten. Maar in een democratie zijn het niet de politici die de democratie maken: het zijn de burgers zelf. Veranderingen en vooruitgang in de geschiedenis zijn steeds van onderuit gekomen. Ze ontstaan waar mensen samenkomen en strijden voor datgene waarin ze geloven.

Zou dat geen hoopvollere boodschap zijn naar jonge mensen toe dan de doemverhalen waarmee ze nu elke dag gebombardeerd worden? En zou de collectieve dimensie van dit verhaal ook niet wat druk van hun schouders wegnemen?

Ondanks de zware uitdagingen waarvoor we voor staan, mogen we hoopvol zijn. De geschiedenis leert ons dat gebeurtenissen wel degelijk ten goede kunnen veranderen.

Er is weinig reden om aan te nemen dat de geschiedenis aan haar einde is gekomen: jonge mensen leren ons dat triomfalisme over ons maatschappijmodel niet op zijn plaats is. Ondanks de zware uitdagingen waarvoor we staan, mogen we hoopvol zijn. De geschiedenis leert ons dat gebeurtenissen wel degelijk ten goede kunnen veranderen, ook al kennen we regelmatig periodes van regressie.

Er liggen belangrijke problemen voor ons, maar ook enorm veel potentieel en kansen. Ik denk dat wij toe zijn aan een nieuw maatschappelijk gesprek: een gesprek over wat een zinvolle toekomst voor ons inhoudt, een gesprek dat ons richting en hoop kan geven in tijden van onmacht. Een gesprek dat ons een stapje dichter brengt bij wat voor ons het goede leven is, wat voor ons essentieel is. Ik denk dat we dat aan onszelf en aan toekomstige generaties verschuldigd zijn.

Wij willen jullie in dit dossier daarom kennis laten maken met mensen die geloven in de toekomst, niet door de zorgen en uitdagingen van onze tijd te ontkennen, maar door ze juist heel ernstig te nemen. Realistisch maar hoopvol is de slogan die we hiervoor gekozen hebben. Want een probleem of een uitdaging kan pas aangepakt worden als je het eerst ten volle erkent.

Aan mijn leeftijdsgenoten geef ik tenslotte nog graag de raad van Harald Welzer mee: Doe wat je goed doet, beleef er plezier aan, en bovenal: doe het niet alleen.

Dit artikel maakt deel uit van het dossier ‘Toekomst’. Klik hier voor het overzicht van de andere artikels.

Tekst en foto: Mattias Van der Vloet

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here